Titel: Tears of a clown. Of Clowntje.
De muzikant en beeldend kunstenaar Ernst Kamphuis (Den Haag 1960-Leiden 2008) woonde en werkte in Leiden. Hij maakte reliekkastjes opgetuigd met gejut afval. Op het oog kastjes vol prullaria, textiel en speelgoedfiguren. Maar altijd geladen met betekenis, allegorisch opgevat en het werk wordt door de interactie van de verschillende elementen tot inhoud opgeroepen. ‘Lekker belangrijk’ zou Ernst beweren bij deze beschrijving, want hij was zelfverzekerd, nonchalant en wars van dikdoenerij. Maar zelfs het latere werk, waarbij simpele plaatjes de rol van de driedimensionele figuren innamen en een plank het kastje verving bleef de mystiek en zeggingskracht overeind. Het was technisch misschien het werk van een junk, maar het werd oprecht gemaakt in een roes van associaties in betekenis als de beschrijving van het avontuur van de eenzame in de nacht.
Hij was een stadsjutter In Leiden. Zijn broer Alje schreef in ‘Verdwaald in alle vragen’ dat Ernst huilde als kind bij het zien van een afgedankt dertiger jaren naaimachinemeubel, dat hij van zijn moeder niet mee mocht nemen van straat.
Zijn werk getuigt van een geloof in de macht van het tweedehandse, materie die na gebruik en afdanking bij het vuil een nieuw begin ondergaat, een wederopstanding. Ernst verzamelde zijn leven lang continu materiaal voor zijn werk; een vreemd bankbillet, een plaatje van een zigeunerin, een pinup of een cowboy, een schijf met de hemel erop, allerlei bedrukt textiel, een plastic clowntje (zie boven), een cheque aan een bordeel uitgeschreven. Hetgeen voelbaar beeldend nog waarde had, die lading mocht niet nutteloos verloren gaan. De onderliggende betekenis kon hij ontfutselen door de merkwaardige combinatie van verschillende objecten in de stijlvol ingerichte kastjes. Een betovering ontstaat die de dingen in hun waarde laat opblinken. Altijd in geldnood verhandelde hij het werk op straat en in de kroeg destijds nog voor driehonderdvijftig gulden en de latere werken op houten panelen voor drie tientjes (inmiddels euro’s) of voor wat men er voor wilde geven. Hij besefte dat hij als het ware zijn eigen markt verpest had met die prijsdaling, maar de junk in hem regeerde over zijn financiën. Ernst leefde in de melancholie van het afgedankte en beschouwde zichzelf als the outlaw, the renegate, de uitgestotene, de verworpene, de buitenstaander. Hij neemt in een bewust dandy-achtige pose aan op het zelfportret getiteld Morfinein mijn bezit. Een ongelogen portret van een innemende persoonlijkheid. Ook als zanger was de overdrachtelijkheid, de communicatieve kracht in zijn stem groot.
Solvejg’s wereld.
Gisteren heb ik hem tijdens de Kunstroute weer even gezien: Ernst Kamphuis, die van die prachtige kijkkastjes maakt, geïnspireerd door Joseph Cornell: collagetechniek dus. Ik heb ooit in het verleden werk van Cornell zelf gezien (in het Smithsonian American Art Museum in Washington D.C.) en heel stiekem vond ik in het werk van Ernst Kamphuis meer emotie en pijn zitten, of zoals hij zelf ooit als antwoord gaf op de vraag waarom er nietjes in zijn werk zitten: mijn werk is als het leven zelf: het zit vol littekens. Hiernaast staat zijn hommage aan Joseph Cornell afgebeeld. Hij verdient het om gezien te worden!
Ernst Kamphuis was nog alive and kicking toen ik dit bericht op 26 september 2005 in het volkskrantblog plaatste. Hij is helaas in 2008 een zelfgekozen dood gestorven.
Nietjes als littekens. Ernst gebruikte het als een symbool, want het nietje verbindt en verwond tegelijk. Op de Haagweg hing verticaal een verweerde balk met enkele roestige spijkers aan de muur, over de bovenste zijde was een doek gedrapeerd. Een kruis van Kamphuis. Ernst was uiteindelijk manisch depressief en verslaafd aan cocaïne en meer. Hij bezigde de uitspraak van Oscar Wilde over de mens die alles kan weerstaan, behalve verleiding.
‘Het steekt dat hij alleen heeft moeten sterven, alleen die angstige uren heeft doorgemaakt.’ zegt Alje Kamphuis. Het is waar, maar Ernst was voorbereid en zei te willen sterven in een bad vol bourbon. Bij tegenspraak sprong hij op, klakte zijn hakken en riep luid ‘Jawohl!’
In 2010 organiseerde Galerie de Pieter in Leiden een eerbetoon aan Ernst getiteld ‘Collage en Assemblage’.
Ernst Kamphuis of Lt. Ernesto op Youtube:
‘Tribute to LT. ERNESTO “Lazy Sunday Concerts” by Farley Gene Music’ 4:54 minuten. Fraai! Don’t blame it on the cirrcumstance. If you get it, take your chance.
‘Lieutenant Ernesto still puts a spell on you’ 7:49 minuten met beelden van affiches van Ernst en de beide stamkroegen, de WW en de Burcht in Leiden.
En de driedelige serie:
‘Kunst Mot !!! – A Tribute to Ernst Kamphuis (Lt. Ernesto)’ 10:00 minuten met opnames van een show van beeldend werk van Ernst in de galerie van Haagweg 4 in Leiden. Opnames van de week na de dood, de show in de Burcht ter nagedachtenis. Een jonge Ernst in 1990 zingt een thema van Bo Diddley ‘I’m allright’ in het LVC. Leiden in de sneeuw bij nacht.
Vaarwel Ernst (A tribute to Ernst Kamphuis part 2)‘ 10:00 minuten. Opnames van de show na de begrafenis in de Burcht. Toespraak van een oude en intieme vriend.
Aftermath- (A Tribute to Ernst Kamphuis part 3)’ 10 minuten Met gezang en werken van Ernst in de Burcht. Later een ‘We only try!’ kwelende Ad Verbrugge op gitaar.
Allart Lakke, 2012.
Recent opgedoken in Museum de Lakenhal, Leiden met opslagkist:
Inventarisnr: S 5068
Ernst Kamphuis (Maker), Le Saint en Clignancourt
Datering: 1999
Materiaal: gemengde media
Maat: Algemeen: 54 x 42.5 x 15.5cm (540 x 425 x 155mm)
Opslagkist: 18 x 58 x 47cm (180 x 580 x 470mm)
Verwerving: Aankoop
Met dank aan: Provincie Zuid-Holland
Foto onderaan. Medicijnkast van Ernst Kamphuis. Verder geen informatie beschikbaar.