Die miljardairs uit Rusland kopen voetbalclubs. Als ik kapitaal van die orde beheerde kocht ik een authentiek amphitheater in Turkije, om het te ontmantelen en opnieuw op te bouwen in Nederland. Reken maar dat dat kan. Een waarachtige attractie en als eigenaar waar voor je geld.
We liepen langs een vervallen fort in de Ardennen. Iemand zei tegen zijn zoon ‘Kijk ,een echte, oude ruïne!’ Dit dan in tegenstelling tot een Disneyland ruïne, een nep oude ruïne of een echte, jonge ruïne, de zogenaamde verse ruïne.
The Cloisters in New York.
Ergens irriteerde mij de vraag, ‘Wat is je lievelingskleur?’, gesteld vanaf in de zandbak, doorheen het leven. Die beperking tot één kleur. ‘Nee, je moet kiezen!’
Blauw dan maar, fingers crossed.
Goede kitsch, oftewel een beetje fout. Kan dat?
Elvis Presley en de zangeres zonder Naam. Zolang het oordeel een persoonlijke overtuiging betreft, is er niets aan de hand. Smaak, dat is iemand die geen slakken of geen kreeft blieft. Diens smaak is mogelijk onontwikkeld, maar desondanks gewoon zijn of haar smaak. Als men tevreden is met patat, prima. Je verplicht iemand toch niet iets te eten wat diegene niet lust? Wat de boer niet kent, vreet hij niet. Ik blief geen champagne, niet omdat ik het nooit heb geproefd, maar omdat de smaak mij niet bevalt. Dat is mogelijk dom, maar niet smakeloos. Ik lust het niet. Een beperking, maar hoe precies? De veroordeling ‘dom’ komt van buitenaf, het is sociale dwang. Kostbaarheid en smaak worden verward.
Hoe belangrijk is die overtuiging van iets mooi of smakelijk te vinden. ‘Ja, da’s mijn eigen (sic) smaak.’ Kan je die overtuiging iemand afnemen? Hoogstwaarschijnlijk niet.
Maar men kan iets leren proeven. Iets leren zien, horen, voelen en/of ruiken. Zintuigelijke sensaties. Smaak kan men ontwikkelen dus. De voorkeuren kunnen veranderen, maar het oordeel is in een hiërarchie gevat en die orde is gegroeid vanuit de zandbakvraag naar je lievelingskleur. Die overtuiging kan je iemand niet afnemen. Iemand vind iets lekker ruiken. Iets mooi klinken, iets prachtig van kleur enz.
Desondanks doet men voortdurend onderling moeite elkaars smaak te beïnvloeden. Mensen bevestigen elkaars smaak, indien die min of meer gelijkaardig aan hun eigen is. Meestal is men tevreden over de eigen smaak, ondanks dat kwalitatief betere produkten bestaan, die helaas te kostbaar zijn.
Smaak is onderhevig aan een netwerk van conventies. Om smaak te ontwikkelen moet je tijd en energie investeren. Exclusiviteit is belangrijk en een smaak-eigen terminologie, zoals in de taal van het wijnproeven. En er is de noodzakelijk kleding en attributen, bijvoorbeeld in een smoking naar het concert. Smaak is kostbaar, maar niet ontoegankelijk. Alhoewel. De Afrikaan Gabr. Haille Salasie die tot keizer gekroond wordt, met een hermelijnen mantel, is geen gezicht. De verkeerde rol en attributen. Ontwikkelde smaak leidt tot een vorm van uitsluiting. Die en die, zus en zo. Het fundament van ontwikkelde smaak is het gevolg van inwijding door ervaring en kennis van de mores. En investering.
Het is tegelijk een sociale dwangbuis.
De conventies zijn vanuit de elite afgedaald. Paardrijden bijvoorbeeld. Enige tijd geleden beoefende de adel nog de jacht op hun eigen grondgebied. Het getuigde van maatschappelijk succes en wellevendheid uitgenodigd te worden voor een vossenjacht. Paardrijden is dan een onontkoombare vaardigheid. De bourgeoisie kopieerde het paardrijden, maar de functie jacht verviel. Het is dus bon ton in burgerlijke kringen om paard te rijden, maar het slaat feitelijk nergens op. Overigens is polo een duidelijk voorbeeld van een exclusieve sport, het kledingmerk Ralph Lauren profiteert daarvan in het logo. Buitennissig is ook offshore racen. Golf is al behoorlijk ordinair, door kostelijk lidmaatschap in clubverband wordt artificieel de exclusiviteit gegarandeert, maar iedereen kan golfen. RGB, Rijks Golf Bewijs!
Maar hoe zit dat met muziek? Iedereen kan naar Sjostakovitch luisteren, maar lang niet iedereen vind het mooi. In de hiërarchie staat de klassieke muziek bovenaan. Opera, uitvoeringen door het orkest. Je moet wel een ezel zijn om dat niet te onderkennen. Wie geen ontwikkelde smaak heeft, zwijgt, oordeelt niet en is dom en aanmatigend indien wel. Hm.
Ik vind Sjostakovitch een genie, zonder meer. Zijn muziek uitgevoerd door orkest is wonderbaarlijk mooi. Maar ik heb in muzikaal opzicht geen ontwikkelde smaak. Niet dus. Ik weet niets af van klassieke muziek, niks van jazz of hiphop. Mijn oordeel is hoogst persoonlijk, maar desondanks heb ik de pretentie Sjostakovitch als de beste componist na Mozart te klassificeren. Zonder kennis of ervaring, een compleet ongefundeerde mening. Het belachelijke is natuurlijk dat ik verder geen vergelijkingsmateriaal heb afgeluisterd. Maar ik kom tot de overtuiging doordat ik verschillende malen naar klassieke muziek op de radio luisterde en alleen in staat bleek Sjostakovitch te herkennen. Naar andere uitgevoerde componisten kan ik niet echt op dezelfde manier luisteren, de violen klinken niet prettig. Bij Sjosta is het alsof de muziek intens tot me sprak. Hm.
Ook zal ik niet tegen een muziekkenner volhouden dat mijn oordeel waardevol is. Maar het is mijn smaak.
Een beperking. Hoe te oordelen? Waaraan moet mijn smaak voldoen, aan wie stelt zich eigenlijk de vraag over wat mij alleen persoonlijk aanbelangt? Het is godverdomme mijn smaak.
Ik heb een beperkt verstand? I.i.g. een beperkte kennis van muziek.
Het is één groot misverstand, want hoe moet ik oordelen? De noodzaak tot oordelen in menselijk handelen is tegenstrijdig aan die gedachte van beperking.
Primo Levi vraagt expliciet niet te oordelen.
De popmuziek lijkt een stroming die vanuit haar populaire positie het klassieke aantast. Die verhouding is altijd zo geweest? De vraag is, houdt de elite niet van Michael Jackson? Of Elvis Presley. Aarts-conservatieven, die zullen walgen, het bastion van de goede smaak verdedigen.
En andersom, is Mozart geen pop onder de klassieken? Ik hou niet van Bach. Ik weet, ik heb geen ontwikkelde smaak in de muziek, desondanks is mijn oordeel, ik hou niet van Bach. Ik begrijp het belang van Bach, maar ik vind zijn muziek vervelend. Mijn eigen (sic) mening.
Oordeelt niet, sukkel.
Is het de complexiteit van smaak?
Vanaf welk punt doet een mening er toe? Indien diegene aantoonbaar verstand, ervaring en ontwikkeling op een gebied heeft of succesvol is op een bepaald gebied. En wie meet dat dan?
Vaak zie je iemand die ergens duidelijk verstand van heeft, maar vervolgens overal een mening over debiteert. Waarom die pretentie?
Wat je zegt ben jezelf.
Allart Lakke, 2009.