Arme kunstenaars

De gedachte aan arme kunstenaars leidt tot onderstaande belachelijke lijst en ontstaat uit een hardnekkige vooroordeel, het idee van armoede ofwel bij geboorte, bij leven en/of sterfte van een kunstenaar. Het is complete onzin gezien de diversiteit in afkomst en loopbaan. Eenzelfde daarmee samenhangend vooroordeel bestaat met betrekking tot erkenning en succes tijdens het leven. Het is velen gegeven roemrijk en welgesteld te zijn geweest gedurende hun leven. Niet succesvol, maar pas achteraf erkend lijkt de uitzondering, waaruit mogelijk blijkt dat velen zijn geroepen en slechts weinigen uitverkoren. Indien anders vermeld zijn de navolgende kunstenaars allemaal beroemd geweest tijdens hun leven. Vincent van Gogh is een tragische uitzondering, die evenals Rembrandt en Modigliani in armoede sterft en evenals Modigliani tijdens zijn leven nauwelijks erkenning kende. Die erkenning overigens groeit bij de meesten echter alsnog verder na hun overlijden en navenant stijgt de waarde van hun nagelaten werk, het zou een aparte lijst waard zijn.

 

Neem bijvoorbeeld Peter Paul Rubens (1577-1640) zoon van een advocaat en schepen van Antwerpen. Hij sterft steenrijk. Zijn werk actueel in waarde op de kunstmarkt is ongekend. Stel je voor al zijn werk opgeteld in waarde.

Diego Velázquez (1599-1660) was de zoon van lagere adel, gelijk aan welgestelde burgerij. Een vermogend man bij zijn dood.

Rembrandt Harmenszoon van Rijn (1606/1607-1669) was de zoon van een molenaar en een welgestelde bakkersdochter. Een molen was destijds een soort fabriek, een hoogwaardig productiegoed en een molenaar in de zeventiende eeuw was beslist niet onbemiddeld ondanks het beeld uit volksverhalen, waar de zonen het ouderlijk huis berooid moeten verlaten. De oorzaak daarvan ligt mogelijk in het beërven van de molen door de oudste zoon. In ieder geval Rembrandt’s ouders waren relatief rijk, maar het is waar Rembrandt zelf stierf arm. Hij kende echter grootse erkenning en rijkdom gedurende zijn leven.

Canaletto (1697-1768) zoon van een schilder. Vermogend gestorven.

Laurens Alma-Tadema (1836-1912) was zoon van een dorpsnotaris. Schatrijk gestorven.

Paul Cézanne (1839-1906) was zoon van een bankier. Leefde van de erfenis zonder financiële zorgen tot aan zijn dood.

 

 

Auguste Rodin (1840-1917) geboren in de werkende klasse, zijn vader was klerk bij de politie. Vermogend man gestorven.

Vincent van Gogh (1853-1890) zoon van een predikant. Vincent groeide uit tot het icoon van armoede en waanzin en hij stierf in armoede.

Henri de Toulouse-Lautrec (1864-1901) was afkomstig van rijke adel. Hij stierf jong.

Camille Claudel (1864-1943) was geboren in een familie van boeren en welgestelde burgerij. Zij stierf eenzaam in een asiel voor geesteszieken.

Henri Matisse (1869-1954) werd geboren in een bourgeoisie-familie van wevers langs vaderskant en leerlooiers langs moederskant. Vermogend gestorven.

Piet Mondriaan (1872-1944) was zoon van een hoofdonderwijzer. Erkenning in beperkte kring, niet vermogend gestorven.

Constantin Brâncusi (1876-1957) zoon van een boer. Armoede in de jeugd. Hij sterft relatief beroemd en niet onbemiddeld.

Kazimir Malevitsj (1878-1935) was de zoon van een manager van een suikerfabriek. Een belangrijk man, maar levend in de U.S.S.R. begrijpelijk niet vermogend gestorven.

Pablo Picasso (1881-1973) zoon van een kunstenaar, tekenleraar en conservator. Schatrijk gestorven.

Amedeo Modigliani (1884-1920) was telg uit een koopmansgeslacht. Modigliani stierf in armoedige omstandigheden.

Marcel Duchamp (1887-1968) was zoon van een notaris. Welgesteld gestorven.

Lyubov Popova (1889-1924) dochter van een rijke textielhandelaar, haar moeder kwam uit een hoog gecultiveerde familie. Zij stierf jong aan roodvonk.

René Magritte (1898-1967) zoon van een kleermaker en handelaar in textiel. Goed geboerd.

Henri Moore (1898-1986) zoon van een mijnwerker met armoede in de jeugd. Rijk gestorven.

Lucio Fontana (1899-1968) zoon van een beeldhouwer. Rijk man gestorven.

Barnett Newman (1905-1970) zijn vader had een kledingfabriek. Weinig erkenning gedurende zijn leven, geen grote rijkdom vergaard.

Francis Bacon (1909-1992) werd geboren als de zoon van een voormalig Brits legerofficier die zijn geld verdiende met het fokken van racepaarden. Welgesteld man gestorven.

Louise Bourgeois (1911- 2010) was dochter van handelaars in en restaurateurs van antieke tapijten. Rijk gestorven. Boven Maman uit 1999.

Joseph Beuys (1921-1986) was zoon van een koopman. Een vermogend man gestorven.

Karel Appel (1921-2006) was de zoon van een kapper. Rijk gestorven.

Maar Andy Warhol (1928-1987) was inderdaad in armoede geboren als de zoon van een emigrant mijnwerker. Andy zou geobsedeerd door geld een vrek blijken, die dressoirs compleet met bankbiljetten vulde. Hij stierf schatrijk.

Piero Manzoni (1933-1963) stamde af van oude adel. Hij stierf jong aan een infarct.

Katharina Fritsch (1956) haar vader was architect. Boven Rattenkönig uit 1993.

Damien Hirst (1965) komt uit een gebroken gezin van een alleenstaande moeder en zijn vader was automonteur.

Is de niet succesvolle kunstenaar eigenlijk geen kunstenaar? Hoeveel succes moet het werk behalen? Er is evident verschil tussen het succes van de kunstenaar en van het werk. Vele succesvolle kunstenaars laten weinig succesvol werk na. Het is de weeklacht van Antonio Salieri (in de film Amadeus) zijn eigen werk extinct te zien worden. Uitgedoofd. Veel werk staat in de opslag en functioneert nauwelijks, er is de overproductie van kunst.

In Nederland wil de overheid met name dat succes van de kunstenaar meetbaar maken en toetsen. Ten minste als je van subsidies gebruik wil maken moet de carriere, het c.v. uitgebouwd zijn in opleiding, galerie verbanden, groep shows, publicaties, verkoop (privaat of in collecties) enzovoort. Het schijnt dat punten worden gegeven naar gelang het zo gezegde belang van een show, een solo in een museum levert natuurlijk meer punten op dan een groepstentoonstelling in een huiskamer. Die gewichtige podia voor actuele kunst zijn meestal aangenaam leeg behalve tijdens de openingen want dan klinkt soms een geklets van jewelste.  Geklets over succes en de idee-fixe van de arme kunstenaar, de pas na de dood erkenning verwervende kunstenaar. Velen zijn geroepen…en ik ben een outsider.

Allart Lakke, 2013.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *