Claus Friedrich Bergen (* 18. April 1885 in Stuttgart; † 4. Oktober 1964 in Lenggries, Oberbayern) war ein deutscher Marinemaler und Karl May-Illustrator. Bergen war ein frühes Mitglied der NSDAP, der er 1922 beitrat.
Das letzte Gefecht des Schlachtschiffes BISMARCK gehört zu den bekanntesten Gemälden Bergens.
Sink the Bismarck! Zo luidde het bevel van Churchill bij het horen van de uitbraakpoging van het slagschip de Bismarck naar de Atlantische Oceaan. Het Duitse slagschip, met 42.000 ton waterverplaatsing, zou op de oceaan konvooien gaan onderscheppen als een eenzame wolf jagend en dat moest met alle middelen worden voorkomen. Echter bij de eerste confrontatie met de Britse marine sloeg een salvo van de Bismarck door een geschutskoepel van het gloednieuwe slagschip de Hood, dat daarop explodeerde en in luttele seconden verdween in de golven. De rest van het eskader trok zich terug. De fortuinlijke Bismarck ontsnapte vervolgens en voer door de mist rond Ijsland de Atlantische Oceaan op. Het schip lekte olie en dat spoor verraad haar. The hunter hunted, een grootscheepse klopjacht werd ingezet.
Uiteindelijk raakte een torpedo van een ‘swordfish’ vliegtuigje het roer van de Bismarck dat daardoor blokkeerde en maakte dat zij kreupel alleen nog maar rondjes kon varen. Minimale maar effectieve schade, die de Bismarck het vluchten onmogelijk maakte. De groep jagers, een overmacht, sloot haar in en van op afstand bestookten zij het schip tot het een brandend wrak was en wegzonk. De romp wentelde zich onder water, waardoor de enorme geschutskoepels uit hun ‘sockets’ vielen. Het stalen karkas ploegde een geul door de zeebodem alvorens tot stilstand te komen om nooit meer te bewegen.
Een handjevol overlevenden werd opgepikt.
De Bismarck werd op haar ‘maiden voyage’ afgemaakt. Het tragisch einde van een formidabel slagschip.
Titel werk (nickname): Rheinübung
Beschrijving: Serie van vier vellen. De Boot met in de linkerbovenhoek het Vliegtuig in kleine vorm.
Formaat: 4 x (56 X 76) cm. Liggend. In kaders.
Materiaal: Gouache, potlood.
Jaartal: april 2002
Verzekeringswaarde: 1250 Euro
Exposities: “Beeld en evenbeeld”, de Lakenhal, Leiden, 2002. ‘Innerlijke Grammatica’, Transit, Mechelen, 2002.
Dokumentatie: Digitaal Bert de Leenheer, 2.
Publicatie: allart lakke www.transit.be
Gesigneerd: Rheinübung. Het woord Swordfish.
Allart L., opus anno MMII. (Rechtsboven)
In het bezit van: Familie Bonduelle-Pollman, Leefdaal, België. Verkocht via Transit.
Scheepsnamen, daar is iets vreemds mee. Schepen worden vernoemd naar zeehelden of andere relevante historische figuren, die zo opnieuw onderling door kunnen vechten. De scheepsnamen herhalen zich en het is alsof de strijd zich eeuwig voortzet.
Een vorm van bijgeloof.
Er is een olietanker naar Condoleezza Rice vernoemd.
Ook uitzonderlijk zwaar geschut krijgt een naam, bijvoorbeeld het kanon Dikke Bertha of de mortier Gustaaf. Hieronder ziet u Dora, het spoorweg kanon uit de fabriek van Krupp. De tonnen zware granaten worden over veertig kilometer afstand naar hun doel gestoten. Kijk naar de schaal.
Ergens lijken de conflicten mede veroorzaakt door staal industrieën die hun capaciteit tonen. Conglomeraten van macht, die vanwege hun produkt ontwikkeling in de wapenindustrie druk uitoefenen.
Allart Lakke, 2009.
P.s. Toevoeging oktober 2011. Condoleezza Rice trok teveel aandacht.
De 129,000-ton olietanker Condoleezza Rice – is in alle stilte van naam gewijzigd in mei 2001.
Wikipedia onder Chevron Corporation:
Condoleezza Rice is a former member of the board of directors, and also headed Chevron’s committee on public policy until she resigned on January 15, 2001, to become National Security Advisor to President George W. Bush.
Die taak maakt de olietanker ‘an obvious’ symbolisch en effectief doelwit.